Clubman Gerrit Jansen en zoon Tim bouwen aan nieuw hoofdstuk familiebedrijf
Je hebt clubmensen en Clubmensen, met hoofdletter C. Gerrit Jansen (60) behoort zonder twijfel tot die laatste groep. Na een ontmoeting met toenmalig voorzitter Gaston Sporre in 1990 en daarmee een kennismaking met FC Zwolle, is Jansen inmiddels niet meer weg te denken uit de Zwolse businessclub.
,,Afgelopen mei waren we 35 jaar onafgebroken sponsor van PEC Zwolle. In 1990, vlak na het faillissement en de doorstart begonnen wij in Zwolle met een autobedrijf”, begint Gerrit zijn verhaal in het bedrijfspand van Jansen Vastgoed op steenworp afstand van het MAC3PARK stadion. Onze familie had al autobedrijven in Den Ham, Nijverdal en Almelo en daar kwam toen Zwolle bij. Het was in de periode dat PEC failliet ging of dreigde failliet te gaan. In 1990, op Tweede Pinksterdag, gingen wij open en in die week kwam toenmalig voorzitter Gaston Sporre bij ons in de showroom om te vragen of wij wat auto’s wilden verhuren, want zij konden door het faillissement geen auto’s krijgen. Dat hebben we toen gedaan. Ik ben lid geworden van de businessclub en van het één kwam het ander.”
Meer sigaren dan sponsoren
Dat Sporre een slim zakenman was, werd Gerrit al snel duidelijk. ,,Gaston zei: ‘jullie zijn net open en moeten nog wat aan promotie doen.’ Dat was natuurlijk ook wel zo. Fiat had landelijk op dat moment een programma waarbij BVO’s auto’s konden leasen. Ik had zelf in Leeuwarden gewerkt en daar reden de spelers van Cambuur ook Fiat. Gaston wist dat natuurlijk ook en zo klopte hij direct bij ons aan. Ja, dat deed hij wel goed.”
De kennismaking met Sporre bleek de aanzet tot een langdurige band met de club die tot op de dag van vandaag alleen maar sterker is geworden. ,,We kwamen uit Den Ham, dus waren heel erg gericht op Twente. In Zwolle kende ik niemand.” Dat veranderde snel toen Gerrit zich aansloot bij de businessclub. Het was in de tijd dat de sigaren nog op tafel stonden en de sponsoren na afloop van de wedstrijd op de vingers van twee handen te tellen waren. ,,Toen ik begon zaten we een kwartier na de wedstrijd nog met een mannetje of vijf, de rest was al naar huis. In totaal waren we ook slechts met 30 leden, maar dat maakte dat je je wel heel betrokken voelde. Door het faillissement waren veel mensen afgehaakt. De boel moest opnieuw worden opgestart in de Eerste Divisie onder de naam FC Zwolle. Daar waren ook wel wat mensen op tegen, dus het was al met al een onrustige periode. Zelf was ik 24, ik had verkering maar woonde nog niet samen, dus had alle tijd.”
Eerste sponsoractiviteiten
Ronald van Vliet sloot zich in de jaren daarop aan bij het businessclubbestuur. ,,In 1994 kwam ik in het bestuur van de businessclub. Daar was Ronald toen nog voorzitter van, maar die werd later voorzitter van de club. Toen hebben we de nodige dingen geïntroduceerd. De nieuwe ledenlunch, die nog steeds wordt georganiseerd door PEC Zwolle, is toen ontstaan bij Hotel Wientjes. Uitwedstrijden bezochten we weleens met een VIP-bus. Ik herinner me nog dat we naar NAC Breda gingen. Dan was het zo gezellig in de bus met kaarten, dat we bijna de neiging kregen om de wedstrijd maar over te slaan.”
Van vader op zoon
Jansen zit niet alleen aan tafel, ook zoon Tim (30), die de clubliefde van zijn vader als kleine jongen van dichtbij meekreeg, is aangeschoven. ,,In 2004, de laatste wedstrijd van FC Zwolle in de Eredivisie dat seizoen, speelden we in De Kuip tegen Feyenoord. Ik was een jaar of acht, negen en weet nog dat ik het heel indrukwekkend vond. We gingen er met 7-1 af en degradeerden. Dirk Kuyt scoorde drie keer. In de gang kreeg ik nog een handtekening van Robin van Persie. Onlangs kwam ik nog een kaart tegen van de selectie en sponsoren en bestuurders toen we in 2010 naar AC Milan – Manchester United zijn geweest met Jaap Stam. Twee hele bijzondere herinneringen uit mijn jeugd.” Ook de businessclub in het oude Oosterenkstadion herinnert Tim zich nog goed. ,,De businessclub achter glas met van die grote bioscoopstoelen. Als het even kon ging ik wel mee met m’n vader.”
Betrokkenheid
Straks meer over Tim en zijn toekomstplannen, eerst weer even terug naar de FC Zwolle-tijd. Gerrit had inmiddels plaatsgenomen in het clubbestuur, waar hij zich focuste op de commerciële kant. ,,Hoe houd je sponsoren bij de club als het slecht gaat? Want als het goed gaat wil iedereen er wel bij horen. Maar de sponsoring nam vaak toe of liep juist terug evenredig aan de stand op de ranglijst. Het gedachtengoed van mij was: als een ondernemer aan het eind van het jaar denkt, ‘wat wil ik uitgeven aan marketing’, blijft PEC dan op dat lijstje staan? Kortom, alles om het voetballen heen moest zó belangrijk zijn voor een ondernemer dat hij zou bijtekenen. Dat hebben we toen geprobeerd te creëren en dat doen ze nu bij de club nog veel beter.”
Grootste netwerkclub van de regio
De club groeide, FC werd PEC en de club behaalde in 2014 de grootste successen sinds de oprichting. Door de groei veranderde er logischerwijs veel, maar wat niet veranderde was de gunfactor. ,,Het grootste gedeelte van de handel is een kwestie van gunnen. Als mensen je niet kennen, kunnen ze je ook niets gunnen. Je zult jezelf moeten mengen tussen de andere sponsoren. Vroeger ging dat misschien wel wat makkelijker omdat er minder gradaties waren en ook omdat het kleiner was. Nu moet je kijken waar jouw zakelijke doelgroep zit en of je daartussen past. Tim: ,,Ik denk dat het mijn vader wel echt geholpen heeft om zijn netwerk in Zwolle op te bouwen, aangezien hij hier niet vandaan kwam. En het was kleiner. Als je met 30 man in de businessclub zat, kende je ze ook allemaal.” Gerrit: ,,Dat klopt zeker. Maar ook toen we met 300 man zaten, kende ik iedereen. Want ze waren meegegroeid met mij en ik zat er al. Nu is het zo groot geworden dat dat niet meer kan. Zakelijk gezien heb ik er in ieder geval heel veel aan gehad en ik ben ook trots er onderdeel van te zijn, omdat het de grootste en belangrijkste netwerkclub van de regio is.”
Niet gered maar beloond
Jarenlang werkte Gerrit samen met voorzitters als Gaston Sporre, Ronald van Vliet en natuurlijk ook Adriaan Visser. Volgens hem hadden zij één gezamenlijke overeenkomst. ,,De enorme gedrevenheid waarmee ze de club in hun vrije tijd bestuurden. Je moet eigenlijk wel een beetje een hekel hebben aan jezelf wil je voorzitter worden van een voetbalclub”, meent Gerrit. ,,Neem Adriaan. Ieder kopje koffie of iedere tank brandstof na uitwedstrijden betaalde hij zelf. Of alle negatieve zaken, die kwamen ook allemaal bij hem op het bord. In deze wereld is het – heel kort door de bocht uiteraard – dat als je drie wedstrijden verliest de trainer weg is, na vier wedstrijden de technisch directeur, na vijf de algemeen directeur en bij zes het bestuur. Dat vind ik weleens jammer, want de mensen die dat eisen hebben vaak helemaal niet in de gaten wat er allemaal écht gebeurt. Ook een krant werkt daaraan mee. Ik las laatst in de Stentor dat PEC gered werd door een transfersom. Nee, PEC werd juist beloond omdat het jarenlang geïnvesteerd heeft in de jeugdopleiding en het destijds een goede doorverkooppercentage bij de onderhandelingen heeft bedongen.” Tim vult aan: ,,Het zijn geen incidenten als je zo vaak een doorverkooppercentage ontvangt na bijvoorbeeld de transfers van Sepp en Rav van den Berg of Gustavo Hamer.” Gerrit: ,,In het bestuur zijn we altijd blijven vechten voor de jeugdopleiding en ook het damesvoetbal. Het heeft de toekomst en bovendien heb je ook een maatschappelijke plicht te vervullen.”
Nachtelijke vergaderingen
,,Gaston Sporre zei altijd: we moeten een voetbalclub worden die geen suikeroom heeft, maar breed gedragen wordt door het Zwolse bedrijfsleven. Liever tien kleine sponsoren dan één grote. Ronald van Vliet is daarmee verder gegaan. Adriaan Visser kwam veel meer uit het bedrijfsleven en snapte dat ook heel goed. Hij had bij zijn komst een minder groot netwerk in het Zwolse, maar wist heel goed welke mensen hij om zich heen moest verzamelen, waar ik er één van was. De inzet en drive om het goed te doen, ten opzichte van de ondankbaarheid die de voorzittersrol met zich meebracht, heeft me altijd wel een beetje verbaasd. Het deed ze echter niet besluiten er dan maar mee te stoppen. Zij zagen het grotere plaatje, wat de club voor de stad en regio deed. Hoe vaak ik wel niet bij Adriaan thuis heb vergaderd in Dalfsen. Ik ben daar regelmatig ’s nachts weggereden. Ik was dan nog niet op de Hessenweg of de telefoon ging al. Dan wilde Adriaan even horen wat ik ervan vond. Hij wilde altijd in volle vaart vooruit en kon soms best direct zijn. Ik zei dan: ‘vergeet niet dat het geen personeel van je is, maar allemaal vrijwilligers. Misschien moet je ze morgen eens even opbellen’. Dat deed hij dan ook altijd. Maar het meest knappe was, dat als ik na zo’n lange vergadering thuiskwam en naar bed ging, ik de volgende ochtend de actielijst al in de mail had. Die had hij om drie uur ’s nachts dan nog verstuurd. Adriaan kon niet eerder slapen dan dat hij dat uit zijn hoofd had.”
Elders fouten maken
Terug naar het hier en nu. Gerrit vierde onlangs zijn zestigste verjaardag. Zoon Tim staat aan de vooravond van een nieuw hoofdstuk van het familiebedrijf, waarvoor hij hard heeft gestudeerd en gewerkt. Toch leek Tim ook eerst de autobranche in te stappen. ,,Ik heb eerst de IVA gedaan in de autorichting, maar na het afronden van die opleiding wilde ik tóch de vastgoedkant op. Ik heb eerst makelaardij gedaan, bij de Herstructureringsmaatschappij Overijssel. Daarna ben ik voor een aantal dagen hier in de zaak komen werken en dat is steeds meer geworden. Wel heb ik altijd voor ogen gehad om eerst ergens anders in de keuken te kijken.” Glimlachend: ,,Of zoals m’n vader altijd zei: ‘fouten moet je eerst ergens anders maken, dan kun je daarna hier beginnen’. Ik heb veel ervaringen opgedaan en geleerd, ook in Twente, toch een heel ander gebied. Dan merk je ook het verschil tussen mensen.”
De Makersfabriek als generale repetitie
Op termijn gaat hij het stokje van zijn vader overnemen. ,,Spannend maar ook heel leuk”, vindt hij dat. ,,In 2003 is mijn vader in het vastgoed begonnen. Het is dus een gevestigde naam in Zwolle. Dat maakt het makkelijk om op voort te borduren, maar ook wel weer spannend en het betekent een hele verantwoordelijkheid. Gelukkig wint het enthousiasme het. Je hoeft hier maar een dag te zijn en dan zit je erin vast en kom je er ook niet meer uit. Nu zijn we bijvoorbeeld heel druk met de Makersfabriek op het oude Philips-terrein. Daarvan zijn we samen met Breman mede-eigenaar. De sloop is net gestart. We zijn druk met vergunningen bij de gemeente, dus het gaat van links naar rechts en van voor naar achter. Tussendoor heb je ook nog je 400 huurders die kleiner willen huren, of juist groter of vragen hebben over de servicekosten. Kortom, je bent de hele dag met van alles druk.” Gerrit vult aan: ,,De Makersfabriek is voor ons echt een groot project. Daar zit alles in wat je in vastgoed kunt tegenkomen. Als je dit kunt afronden, dan kun je heel wat aan. Dit is voor Tim de beste leerschool. Ik ben hier natuurlijk ook nog elke dag, dus als hij wat wil vragen, dan kan dat. We geven elkaar echter geen ongevraagd advies. Als ik iets zie waarvan ik denk ‘dat zou ik anders doen’, dan kan ik hem wel vragen ‘waarom doe je dat zo?’ Als daar een bevredigend antwoord uitkomt, dan moet hij dat lekker doen.” Tim: ,,Het makkelijke is ook dat m’n vader hier elke dag is. Ik voel veel vrijheid, maar heb wel altijd iemand voor advies of om op terug te vallen. Gerrit: ,,Ik ben ook niet van plan om nu te gaan stoppen. Mijn type werkzaamheden zal ik wel wat willen veranderen. Meer doen waar ik goed in ben en dat Tim het beheer gaat doen op zijn manier met nieuwe mensen. Dat geeft toch weer een ander elan.”
Trainingscomplex
En dan is er ook nog het nieuwe trainingscomplex, waar PEC Zwolle druk mee bezig is en waar Jansen Vastgoed bij betrokken is. ,,Voor Zwolle is het fantastisch dat De Pelikaan nu eindelijk van start kan gaan”, vindt Gerrit. ,,We hebben met sponsoren de koppen bij elkaar gestoken om te kijken hoe we met onze creativiteit kunnen besparen op bepaalde investeringen, zodat er meer geld overblijft om het clubhuis en trainingscomplex sneller aan te pakken en er meer middelen beschikbaar zijn. Er ligt een fors kostenplaatje voor het realiseren van de drie velden daar, maar ik schat in dat we daar een derde op kunnen besparen. En dat vind ik echt de kracht van Zwolle, dat deze mensen bereid zijn om met elkaar de schouders eronder te zetten. Tim: ,,Waar PEC Zwolle de afgelopen jaren sterk in is geworden, mede door de doorverkooppercentages die Adriaan heeft bedongen, is dit weer een mooie volgende stap. Een eigen trainingslocatie, waardoor ook (jonge) spelers (van andere clubs) eerder kiezen voor PEC.”
Nieuwe generatie
Gerrit: ,,Bestuurlijk zie je vaak dat het best lastig is om mensen te vinden. De jongere generatie hecht meer waarde aan balans tussen werk en privé, terwijl bestuurlijke functies echt tijdrovend zijn. Kijk naar Frans van der Kolk: die neemt het ene na het andere bedrijf over. Hij heeft het hartstikke druk, maar pakt in het belang van de club wel zijn rol in het Stichtingsbestuur. Ze zeggen weleens dat als er iets gedaan moet worden, je iemand moet kiezen die het al druk heeft, want die is dat gewend. Het zou mooi zijn dat nu de volgende generatie opstaat om de club verder te brengen.”